Verslag groep 39 Zambia en follow-up 23.1
Mpongwe District, Zambia
Trainingsdata: 19-23 augustus 2013
Follow-up 23.1: 26-27 augustus 2013
Door Frank Oomkes
Het land
Zambia is een overwegend christelijk land, met een min of meer democratisch gekozen regering. Ondanks dat er 73 stammen zijn, zijn er geen raciale- en/of stammentwisten. Het land is vrij arm: 65% van de bevolking leeft onder de armoedegrens. De gemeenschappelijke taal is Engels en ook het onderwijs wordt in het Engels gegeven. Daarnaast worden zeker zeven andere talen gesproken. Het gezondheidsklimaat is zorgwekkend; het land heeft vooral te kampen met aids en malaria. Er zijn nagenoeg geen geasfalteerde wegen en slechts een klein deel van het land heeft aansluiting op elektriciteit en stromend water. Men redt zich verder redelijk -lijkt het- met water uit putten en bronnen. Hier en daar heeft iemand een generator. Op het platteland lopen mensen grote afstanden en er zijn nogal wat fietsen; slechts een enkeling heeft een (cross)motor.
De omgeving van het Mpongwe district
Het Mpongwe district is echt ‘in the middle of nowhere’. Het dorpje waar de training plaatsvond, is alleen te bereiken na drie uur hotsen over een zandweg vanaf een provincieplaatsje. Het landschap is savanneachtig, met hier en daar dun bos en veel hoge termietenheuvels. Er is weinig vee. De temperatuur is goed te verdragen, omdat bijna het hele land een hoogvlakte is. ’s Nachts is het dus koel. De bevolking verbouwt op kleine akkertjes wat groenten en zoete aardappelen. Verder verdient men een beetje bij met het verzamelen van hout en het verstoken daarvan tot houtskool. Het plaatselijk bier is, naar Nederlandse smaak, heel apart: zuur, vlokkig en troebel. Toen ik dat ging drinken in de hut die die dienst deed als het plaatselijk cafeetje, werd ik uitvoerig bekeken. De mensen, zeker op het platteland, zijn zonder uitzondering vriendelijk, hoffelijk en behulpzaam. Ik heb me ook voortdurend veilig gevoeld. Het menu is eenvoudig: ontbijt, lunch en avondeten bestaan uit spinazieachtige groente, meelflappen/zoete aardappelen/gebakken banaan, rode saus en soms een stukje kip. Als je pech hebt is het haan…. Douchen doe je door een beetje water over je ingezeepte lichaam te scheppen, en het meegebrachte vochtig wc-papier bleek hard nodig. Er zijn geen voor de mens bedreigende dieren, behalve slangen en muggen. Loop dus nooit op blote voeten of met een korte broek de savanne in, en neem voor vertrek een malariakuur.
Behulpzame gastheer- en vrouw
Mijn gastheer, Patrick Chabu, en zijn vrouw Aggie, waren perfect: erg aardig, behulpzaam en gastvrij. Het was prettige dat de trainingsruimte op hun erf was, en ik een eigen slaapplek had direct naast het leslokaaltje.
De deelnemers
De groep die ik aantrof, bestond voor een groot deel uit andere deelnemers dan die zich in eerste instantie hadden aangemeld. Dat kwam doordat een aantal van de oorspronkelijke inschrijvers te ver weg woonde om iedere dag tijdig in ons dorpje te zijn. De groep bestond uit elf mannen en één vrouw: een onderwijzeres die het hoogst opgeleid was (middelbare school). De mannen hadden alleen lagere school. Overigens waren ze wel allemaal betrokken bij onderwijs, gezondheidszorg of landbouwcoöperaties. Het bidden aan het begin van iedere dag, wat me aangeraden was, vond men niet echt nodig.
Het verloop van de training
Het lage opleidingsniveau van de deelnemers maakte dat ik het programma ter plekke drastisch heb bijgesteld: minder theorie, uitleg aan de hand van veel voorbeelden, en praktische oefeningen (meestal ‘outdoor games’). Geen oefeningen waarbij geschreven moest worden. Niet dat ze dat niet konden, maar schrijven nam zeeën van tijd in beslag. Iedere uitleg deed ik én mondeling, én op een flip-over, én via voordoen. Waar mogelijk, gebruikte ik tekeningen om de theorie te illustreren. Wat hielp, waren de intelligentie, leergierigheid en het gevoel voor humor van de deelnemers. Wat ook hielp, was een regel die ik in Nederland net zo goed toepas: belonen, belonen en nog eens belonen. Nooit negatief commentaar geven; nergens goed voor. Twee van de deelnemers tolkten voortdurend voor twee anderen die alleen een plaatselijke taal spraken.
Geolied team
De deelnemers waren perfecte verstaanders, en verwerkten de stof terdege. Iedere ochtend startten ze op mijn verzoek met het samenvatten van de hoofdzaken van de vorige dag, en nagenoeg alles bleek aangekomen. Verwar dus nooit opleidingsniveau met intelligentie, zeker niet in dit deel van de wereld. Wat ik echt een succes vond, was de verstandhouding die we opbouwden; we werden snel een geolied team. De samenwerkingsoefeningen die ik gebruikte, droegen daar waarschijnlijk aan bij. Iedere dag brachten deelnemers iets mee voor de gezamenlijke lunch: bananen, aardappelen of een kip. Het ‘liefste’ commentaar dat ik in de evaluatie kreeg, kwam van een jongeman die me beschreef als ‘a caring father’. Waarschijnlijk speelde mijn leeftijd (70 jaar) daarbij ook een rol.
Improviseren
We hebben onbehoorlijk veel gelachen met elkaar. Humor overbrugt kennelijk grote culturele verschillen. Maar zo’n vijfdaagse training is ook vermoeiend; je moet in conditie zijn. Trainen onder deze omstandigheden vraagt veel improviseren. Inhoudelijk, zoals ik al beschreef, maar ook praktisch: in het aan drie kanten open ‘leslokaaltje’ waaide aanhoudend een lauwe wind, zodat flip-over vellen met touw, spijkers en plakband tegen de enige dichte muur vastgemaakt moesten worden, telkens weer. Als je in Afrika gaat trainen, neem dan veel viltstiften, schilderstape, touw, spijkers, punaises een hamer en een Swiss Army zakmes mee. En een hoofdlampje, want de nachten zijn er inktzwart, en ’s nachts het ‘bush toilet’ gebruiken, wordt zonder licht erg lastig.
Mijn trainingsweken in Zambia waren een stimulerende en verrijkende ervaring: ik zou het zo weer doen!
Referenties
Wat is de aanpak van Libre Foundation
Bel ons met je vragen!
Heb je een vraag over Libre, de foundation of de opleidingen?
Neem gerust contact met ons op!
06 42137029